In de Europese cultuur van de vroegmoderne periode waren feesten iets vanzelfsprekends en uitbundigs. Elk tijdperk had zijn eigen unieke manier om publiekelijk feest te vieren, of dat nu religieus of werelds, hoofs of stedelijk was. Een onmisbaar onderdeel van de luisterrijk vormgegeven kroningen, jubilea, overwinningsfeesten, staatsbezoeken, huwelijken of verjaardagen was de efemere oftewel tijdelijke feestarchitectuur. De voor een speciale gelegenheid ontworpen en vervaardigde bouwsels en tribunes transformeerden de vertrouwde openbare ruimte en lieten het publiek versteld staan en zijn dagelijkse beslommeringen vergeten.

De architectuur, vaak ontworpen door bekende kunstenaars, was – net als het feestelijke moment –slechts van korte duur. Daarom vormden beschrijvingen van festiviteiten waarin deze vluchtige momenten in woord en beeld werden vastgelegd, sinds de 15de eeuw een integraal onderdeel van openbare feesten. Deze meestal rijk geïllustreerde, in boeken vastgelegde registraties zijn al net zo divers als de gebeurtenissen zelf. Dankzij deze festivalboeken brengt de kabinettentoonstelling in de studiezaal de voormalige monumenten weer tot leven.

Kunstenaars:
Albrecht Altdorfer / Leonhard Beck / Govert Bidloo / Johann Bringer / Hans Burgkmair d. Ä. / Jan Cossiers / Albrecht Dürer / Jean Gaspard Gevaerts / Diederich Graminaeus / Romeyn de Hooghe / Wolf Huber / Jacob Jordaens / Arnoud Leers / Lucas van Leyden / Caspar Merian / Joannes Meursius / Hans van Mildert / Willibald Pirckheimer / Peter Paul Rubens / Hans Schäufelein / Matthias André Schmidt / Cornelis Schut / Hans Springinklee / Marx Treitzsaurwein / Theodoor van Thulden