Slechts weinig naaidoosjes zijn compleet met hun oorspronkelijke inhoud bewaard gebleven. Een daarvan is dit kostbare doosje, waarvan de houten kern aan de buitenkant is bedekt met een iriserend parelmoerfineer en zeven antiquiserende mozaïekmotieven met rode randen. Het lichte kleurenpalet en de contrastwerking worden aan de binnenzijde herhaald. Het deksel is bekleed met een lichtgekleurde stof, die in het midden is vastgezet met een rozet en rondom is omrand met een koord en karton bekleed met rode stof. Eveneens rood omrand zijn de exact passende uitsparingen in het met fluweel beklede inzetstuk, waarin de zeven kunstig vervaardigde 18-karaats gouden naaibenodigdheden rusten. Van voor naar achter zijn dit een rijgnaald, een vingerhoed en een schaar, een parfumflacon waarin het antiquiserende mozaïekmotief terugkeert, een naaldenkoker, een priem en opzij daarvan een draadster die diende om garen op te wikkelen. Sommige van deze naaibenodigdheden zijn voorzien van stempels, die erop wijzen dat dit naaidoosje tussen 1850 en 1870 in Amsterdam is gemaakt.